BpfBOUW gaat 1 januari 2026 over naar de nieuwe regels voor pensioen. Hier lees je meer over de belangrijkste veranderingen in het vernieuwde pensioenstelsel.
1. Inleg voor het pensioen
2. Pensioenpot
3. Pensioen beweegt mee met de beleggingen
4. Buffer voor iedereen bij bpfBOUW
5. Pensioen voor de partner en kinderen van je werknemer
6. Bekijk de veranderingen per situatie
Nu is afgesproken hoe hoog het pensioen van je werknemer uiteindelijk wordt. Vanaf 2026 gaan de nieuwe regels in en verandert dit. Samen met je werknemer spreken we af hoeveel geld je werknemer inlegt voor zijn/haar pensioen. Dit heet een premieregeling.
Elke maand leggen jij en je werknemer geld in voor zijn/haar pensioen. Dit kan je werknemer op de loonstrook zien. Ook de resultaten van de beleggingen komen in de pensioenpot. Zo zorgen we ervoor dat de pensioenpot van je werknemer kan groeien. Je werknemer kan straks ieder moment zien hoeveel er in de pensioenpot zit. En hoeveel we verwachten dat je werknemer straks elke maand ontvangt als hij/zij met pensioen is.
In het vernieuwde pensioen krijgt je werknemer een pensioenpot. Je werknemer kan altijd zien hoeveel geld er in de pensioenpot zit. Je werknemer ziet ook wat het verwachte pensioen per maand is. We betalen het pensioen van je werknemer straks elke maand uit de pensioenpot, zo lang je werknemer leeft.
In de pensioenpot van je werknemer zit het totaal van:
Bij de regels van nu gaat een deel van de inleg van jongeren naar ouderen. Vanaf 2026 heeft iedereen een eigen pensioenpot en kan dat niet meer. Vooral deelnemers van rond de 50 jaar hebben in hun jonge jaren wel meer betaald, maar krijgen daar straks niet meer pensioen voor terug. Daarom ontvangen zij hiervoor een vergoeding in hun pensioenpot (compensatie).
Net als nu beleggen we. Dat doen we voor alle pensioenpotten samen. Hierdoor beweegt de pensioenpot van je werknemer mee met de resultaten van de beleggingen.
Om een goed pensioen nu én in de toekomst mogelijk te maken, beleggen we het geld uit alle pensioenpotten.
Bij beleggen hoort ook het nemen van risico. Meestal zorgt het nemen van risico voor een hogere opbrengst (ook wel: rendement). Door meer risico’s te nemen met beleggen, kunnen we over een langere tijd de pensioenpot van je werknemer laten groeien. De pensioenpot gaat dan wel meer omhoog en omlaag. Met minder risico beweegt de pensioenpot van je werknemer minder. Maar het pensioen dat je werknemer later krijgt, kan hierdoor wel lager zijn.
Voor jongeren nemen we meer risico. Dat levert in goede tijden namelijk meer op. Maar de pensioenpot van je werknemer kan ook dalen als het tegenzit. Zo'n tegenvaller is goed op te vangen als je werknemer nog jong is. Want er zullen ook nog heel wat jaren komen dat het goed gaat. En je werknemer blijft samen met jou geld inleggen voor zijn/haar pensioen in die tijd.
Als je werknemer ouder wordt, dan wordt dat natuurlijk anders. Je werknemer wil dan meer zekerheid over het pensioen dat hij/zij per maand kan verwachten. Daarom verlagen we dan het risico van beleggen.
Minimaal 1 keer in de 5 jaar onderzoeken we hoeveel risico je werknemer bereid is te nemen met zijn/haar pensioen. En hoeveel zekerheid je werknemer wil. De resultaten nemen we mee in de manier waarop we beleggen en hoeveel risico we daarbij nemen. Daar heeft je werknemer dus inspraak in.
BpfBOUW zet geld opzij in een buffer voor iedereen bij ons fonds (ook wel: solidariteitsreserve). Deze houdt het pensioen van je werknemer zo stabiel mogelijk.
Een deel van de resultaten van de beleggingen zetten we opzij in een gezamenlijke buffer . Deze buffer werkt als een soort spaarpot. Als het goed gaat met de economie en de beleggingen stoppen we hier geld in. En als het slecht gaat, halen we hier geld uit. Daarmee vullen we de pensioenpot van je werknemer aan. Ook spreiden we de resultaten van de beleggingen over 3 jaar.
Met de buffer nemen we goede maatregelen om het pensioen van je werknemer zo stabiel mogelijk te houden. Als je werknemer al pensioen krijgt kan het nodig zijn om dit in slechte tijden te verlagen, net als nu. We nemen goede maatregelen om dat te voorkomen. Zit het zo tegen dat er niet meer genoeg in de buffer zit? Dan verlagen we de pensioenen. Dit zou dan zeer waarschijnlijk ook bij de huidige regels voor pensioen het geval zijn.
Ook in het vernieuwde pensioen is er iets geregeld voor de nabestaanden van je werknemer: het partner en -wezenpensioen. Er is wel een belangrijk verschil met nu: